Dossier Geelkerkenkamp. Een geschiedenis van tien jaar!

De Haag
Een dossier waaraan door het bestuur vele jaren achtereen is gewerkt om tot een acceptabel resultaat te komen. De oorsprong van deze langjarige betrokkenheid is het planten van een laurierkershaag haag in 2007 rondom het gehele terrein aan de Geelkerkenkamp waarmee bij het doorgroeien daarvan het uitzicht vanaf maaiveld volledig belemmerd zou worden. Niet alleen voor de aanwonenden en maar ook voor iedereen die van het schitterende landschap willen genieten. De reden daarvoor is nooit geheel duidelijk geworden maar het vermoeden bestaat dat dit door de toenmalige eigenaar is gedaan als protest tegen het afwijzen van zijn bouwplannen door de gemeente.
Er is allereerst door buurtbewoners getracht met de eigenaar tot een oplossing te komen hetgeen op een muur van onwil stuitte. Vanaf dat moment is Vijf Dorpen in ’t Groen bij dit dossier betrokken geraakt. Ook toen kon geen oplossing gevonden worden. De betrokken ambtenaren van de gemeente bleken niet van zins in actie te komen tegen de snel groeiende haag. Voor de vereniging zat er niets anders op om formele stappen te ondernemen om het uitzicht ook voor toekomstige generaties veilig te stellen. Als eerste stap werd een handhavingsverzoek bij de gemeente ingediend. In augustus 2015 wisselde het perceel van eigenaar en kwam deze met de inmiddels tot circa 3.50/4.00 meter doorgegroeide haag in handen van een projectontwikkelaar. Deze gaf er de voorkeur aan de zaak die inmiddels via de bestuursrechter in Arnhem in hoger beroep bij de Raad van State ter beoordeling was voorgelegd door te zetten. De inzet daarbij was het handhaven van de haag op een hoogte van 2.00 meter waarmee ook het uitzicht op de Geelkerkenkamp vanaf maaiveldhoogte blijvend zou worden ontnomen. Eind 2015 is door dit hoogste rechtscollege beslist dat de haag moest worden terug gesnoeid tot een hoogte van maximaal 1.00 meter. Door de eigenaar is bij de procedure voor de vaststelling van het Bestemmingsplan Oosterbeek-Zuid 2016 nog een door het College van B&W ondersteunde poging gedaan de haag alsnog te verhogen. De gemeenteraad heeft toen uitdrukkelijk in overeenstemming met de uitspraak van de Raad van State de hoogte bepaald op 1.00 meter.

Bouwplannen
In zijn planontwikkeling gaf de nieuwe eigenaar in informeel overleg met de vereniging aan de boerderij en stallen te willen afbreken en deze te willen vervangen door gespreide bebouwing van een aantal woningen op en aan de Geelkerkenkamp en de Toulon van der Koogweg. Dit betekende een wijziging van het kort daarvoor door de gemeenteraad vastgestelde Bestemmingsplaan Oosterbeek-Zuid 2016. Daarin is het cultuurhistorische karakter en de openheid van dit uniek stukje Oosterbeek verankerd. Door het bestuur van de vereniging is toen aangegeven zich niet te kunnen vinden in dergelijke plannen omdat deze niet strookten met de zozeer gewenste openheid en cultuurhistorische karakter van het terrein. Bovendien achtten wij de omvang van de voorgestelde bebouwing met het daaraan verbonden ruimtebeslag en bouwvolume te omvangrijk. Voor alle helderheid: de vereniging is in de huidige omstandigheden niet tegen een eventuele verandering van de geldende agrarische bestemming van het terrein in een woonbestemming maar dan wel binnen de grenzen van de nu bestaande oppervlakte aan agrarische bebouwing.
In het najaar van 2016 heeft de eigenaar voor de buurtbewoners een drietal informatie-avonden op zijn terrein georganiseerd die veel belangstelling trokken. Ook een aantal bestuursleden en een aantal leden van het buurtcomité waren daarbij aanwezig. Het ging in de presentaties voornamelijk over de inrichting van het terrein zoals b.v. de aard van de beplanting (overigens is daar geen bestemmingsplanwijziging voor nodig). Over de voorgenomen bouw van twee woningen langs de Geelkerkenkamp en één op het terrein werd slechts beperkte informatie verschaft en dan nog vooral in de laatste bijeenkomst toen het verzoek tot bestemmingsplanwijziging al bij de gemeente was ingediend. De aanwezige bestuursleden hebben op deze bijeenkomst vermeld dat er een Zienswijze door de vereniging en het met haar samenwerkende buurtcomité zou worden ingediend omdat de bebouwing door haar omvang en locatiekeuze een te grote inbreuk betekende op de openheid en cultuurhistorisch karakter van het terrein.

Na indiening van de aangekondigde Zienswijze volgde een periode van overleg met de verantwoordelijke wethouder en alle raadsfracties. Daarbij werden de visie en standpunten mede aan de hand van een zgn. 3D-presentatie toegelicht. Zowel in de raadscommissie Leefomgeving als de gemeenteraad werd uitvoerig ingegaan op de ingebrachte argumenten. Uiteraard ook die van de eigenaar. Nadat de door het College van B&W voorgestelde bestemmingsplanwijziging op een aantal cruciale punten door de raad d.m.v. een aantal amendementen was aangepast werd het bestemmingsplan aangepast. De essentie daarbij was dat het bouwvolume met circa 10% werd teruggebracht en voor de toekomst werd “bevroren”. De voorgestelde bouwlocaties op het terrein bleven echter gehandhaafd. Op dat punt is de argumentatie van de vereniging en het buurtcomité niet gevolgd. Dit betekent dat er langs de Geelkerkenkamp sprake zal zijn van uitbreiding van de bebouwing in westelijke richting en dat dieper op het terrein in zuidelijke richting een grote villa zal verrijzen. In de praktijk zal uiteindelijk blijken welk effect de bouw van de drie woningen zal hebben op het open en cultuurhistorische karakter van de Geelkerkenkamp.

Tot slot nog wat kritische opmerkingen: bij het ontwikkelen van de bouwplannen voor de Geelkerkenkamp is naar de mening van de vereniging teveel ruimte gelaten aan de eigenaar die zich als projectontwikkelaar liet bijstaan de ingehuurde deskundigen. De in het ontwerp-bestemming gebezigde formuleringen getuigden van nauwelijks verhuld enthousiasme voor de plannen. Er was in onvoldoende mate sprake van een heldere afweging van het algemeen en het particulier belang. Opmerkelijk is ook dat in de concept-reactienota van de gemeente n.a.v. de ingediende Zienswijzen op geen enkele wijze de ingebrachte argumenten zijn gehonoreerd. Een aantal daarvan werden echter wèl door de gemeenteraad relevant geacht en in haar definitieve besluitvorming meegenomen. Het beeld is ontstaan dat door het College als overheid niet de vereiste afstand in acht is genomen bij de beoordeling van de ingediende plannen. Er is te weinig regie gevoerd door b.v. voorafgaande aan het proces van planvorming geen kaders te stellen. In de democratie geldt het principe van een eerlijk speelveld waarbij betrokken burgers als partijen ten opzichte van elkaar niet in een achterstandspositie worden gebracht. Bij uitstek een taak voor de overheid om dit speelveld te bewaken en daarin duidelijk positie te kiezen. In het dossier Geelkerkenkamp is het College daarin tekort geschoten.