Woensdag 29 juni 2016 werd door de gemeenteraad van Renkum het nieuwe bestemmingsplan van Oosterbeek-Zuid vastgesteld. We zagen een bijzonder constructieve raad die via een aantal knappe voorstellen het plan beduidend wist te verbeteren. Daarbij maakte men dankbaar gebruik van de uitgebreide zienswijze van onze vereniging. Het merendeel van de aanbevelingen die we deden is overgenomen, hetzij rechtsreeks door het college van burgemeester en wethouders, hetzij via een aantal door de gemeenteraad ingebrachte amendementen. Zo is de openheid van agrarische percelen nu beter verankerd, onder andere door de bepaling dat hagen niet hoger mogen worden dan 1 m. En is nu goed beschreven wat de landschappelijke waarden van het gebied precies zijn.

Op één belangrijk punt moeten we echter ons verlies nemen. Het betreft een in de ‘Groene ruimte’ geplaatst gebouw (van 10,5 m lang, 4,2 m breed en 4,5 m hoog) aan de Geelkerkenkamp waar de gemeente een vergunning voor heeft afgegeven. Dat gebouw is geplaatst in de bestemming ‘Groene ruimte’, die volgens het bestemmingsplan juist gevrijwaard zou moeten zijn van bebouwing. Het werd in de aanvraag bestempeld als ‘schuur’, dus als een eenvoudige opbergruimte, hoewel het bouwwerk een oppervlak bestrijkt gelijk aan het basis woonhuis van de eigenaar en voorzien is van vele ramen en openslaande deuren naar een terras.

De vergunningafgifte, op 2 juni 2015, is het zoveelste voorbeeld van gemeentelijke willekeur en het toegeven aan slecht gedrag. Zo werd als reden voor de vergunningverlening genoemd dat het bestemmingsplan toch aangepast zou gaan worden. Men liep dus zonder toestemming van de gemeenteraad vooruit op de vaststelling, ruim een jaar later, van het bestemmingsplan. Nu de vergunning eenmaal is verleend moest het bouwwerk ook worden verankerd in het nieuwe bestemmingsplan, en daar mocht de gemeenteraad volgens het college weer niets over zeggen. Zo werd de raad vakkundig buitenspel gezet. Een amendement van GroenLinks, Gemeentebelangen en PvdA om dit niet te accepteren en de beschermde status van het gebied in het nieuwe bestemmingsplan te continueren, haalde het helaas niet.

Omdat van het gebouw een precedentwerking uitgaat die verstrekkende gevolgen kan hebben voor het waardevolle gebied, heeft Vijf dorpen op 31 januari 2016 de bouwvergunning bij de bestuursrechter aangevochten. Nu echter het nieuwe bestemmingsplan is vastgesteld, heeft deze rechtsgang geen zin meer, tenzij Vijf dorpen ook nog naar de Raad van State gaat om dit plan ongeldig te laten verklaren.
In de raadsvergadering bleek helaas dat een deel van de raadsleden het belang van deze kwestie niet doorzag.

Afbeelding: Het nieuwe gebouw (rood) in het bestemmingsplan van 2006 (links), en in het nieuwe bestemmingsplan (rechts). Vooruitlopend op de uitspraak van de bestuursrechter heeft het college maar even de grens tussen twee bestemmingen verlegd, zodat het gebouw nu in een bestemming (Wonen) valt die veel meer bouwmogelijkheden toelaat.